SIMONE VAN OLST
  • Home
  • Beelden
    • Beelden < 250 euro
    • Beelden van 250-600 euro
    • Beelden > 600 euro
    • Exposities
    • Sieraden en cadeau artikelen
    • Werk in opdracht
  • Workshops
    • Bedrijven >
      • Bedrijfsworkshops
      • Keiharde Coaching
      • Ondernemende carrieretijgers
      • Verhuur vergader / werk ruimte
    • Studenten
    • Lezingen met workshop >
      • In de voetsporen van Henry Moore
      • Metamorfose volgens Arp
      • De natuur volgens Barbara Hepworth
      • Schets naar Beeld Basis
      • Schets naar Beeld Gevorderd Abstract
    • Groepsworkshops
    • Thematische verdiepingsworkshops >
      • Anatomische torso workshop
      • Natuurlijke vormen
      • Organische vormen
      • Schaal maken workshop
      • Torso workshop
      • Uit je bolletje workshop
      • Vogel workshop
    • Wiskundige verdiepingsworkshop >
      • Binnenstebuiten enkel en dubbele workshop
      • Lemniscaat & 3-knoop
      • Modulelessen verdieping
      • Möbiusband 1 draai & 4 draai workshop
      • Dichte Oloïde & Open Olöide workshop
    • Workshops voor speciale gelegenheden >
      • Bedank workshop na de bruiloft
      • Moederdag & Vaderdag workshop
      • Valentijnsworkshop
      • Vrijgezellenfeest workshop
    • Zaterdagworkshops
  • Cursussen
    • Doorlopende cursus >
      • Strippenkaarten
    • Jaarkaart beeldhouwen
    • Topklas
    • Winteracademie
    • Zomeracademie
  • Agenda
  • Blogs
  • Boeken
    • Natuur beeldhouwen in steen
    • De kunst van anatomisch beeldhouwen
    • Ontdek: Schets naar Beeld
  • webshop
  • Contact
    • Ander werk >
      • Kunstverleners
      • Kunstcollectief De Mors
      • Trex
      • Drawing her Story
      • Thuis Op Straat
      • Mozaïek projecten
      • Urban Knitting
      • Publicaties
    • Cadeaubon
    • Inspiratienieuws
    • Over ons
    • Openingstijden
    • Veel gestelde vragen
    • Vakantieschema
    • Winkel, materialen & service
    • Vacatures
    • Privacyverklaring
    • Cookieverklaring
    • Algemene voorwaarden

De stille dialoog: Hoe tweedimensionale meesters het beeldhouwen in steen kunnen inspireren

11/6/2025

0 Opmerkingen

 
In de wereld van de beeldende kunst lijken de disciplines soms werelden van elkaar verwijderd. Een schilder, met een palet vol kleuren en de vrijheid van het doek, tegenover een beeldhouwer, worstelend met de weerbarstigheid van het materiaal, de beperkingen van de massa en de afwezigheid van aangebrachte kleur. Toch, als we dieper kijken, voorbij de oppervlakte van techniek en materiaal, ontvouwt zich een rijke, stille dialoog. Juist in de wereld van de schilderkunst, op het platte vlak van het schilderij, ligt een schat aan inspiratie verborgen voor wie in steen werkt. Het is een bron die, mits goed aangeboord, kan leiden tot een ongekende ‘burst’ in creativiteit en een verdieping van het eigen driedimensionale werk. Bij ons in beeldhouwatelier in Leiden, waar Simone van Olst en Alex Sluimer dagelijks de grenzen van steen verkennen, moedigen we deze kruisbestuiving actief aan. Want hoe vertaal je de essentie van een kleurrijk, lichtgevend schilderij naar de monochrome, massieve realiteit van steen? Het antwoord ligt in het leren kijken, het leren ontleden, en het leren ‘voelen’ van de fundamentele elementen die elke krachtige visuele expressie, tweedimensionaal of driedimensionaal, onderbouwen.
​

Het lijkt misschien contra-intuïtief. Steen is zwaar, onvergevingsgezind en inherent driedimensionaal. Een schilderij is een illusie, een venster op een wereld gecreëerd met pigment en lijn op een plat oppervlak. De beperkingen van steen zijn evident: de kleur is die van de steen zelf, tenzij men later wassen of andere materialen toevoegt, wat in de pure beeldhouwkunst minder gebruikelijk is. Vormen kunnen niet zomaar zweven; ze moeten verbonden zijn, ondersteund door de massa van het materiaal, tenzij men met uiterst complexe constructies en risico’s werkt. Maar juist deze zogenaamde beperkingen dwingen de beeldhouwer tot een diepere focus op de kernelementen van de kunst: vorm, volume, textuur, lijn, en de cruciale interactie met licht en schaduw. En waar beter deze elementen in hun puurste, meest bestudeerde vorm te observeren dan in de meesterwerken van de schilderkunst? Schilders zijn meesters in illusie, maar die illusie is gebouwd op een ijzersterk begrip van hoe wij de wereld waarnemen en hoe visuele elementen emotie en betekenis overbrengen. Voor de beeldhouwer in steen is het de kunst om deze illusionaire technieken te ‘stelen’ en ze te transformeren naar tastbare realiteit. Het gaat er niet om een schilderij letterlijk te kopiëren in steen – een zinloze exercitie – maar om de onderliggende principes, de visuele intelligentie, te absorberen en te herinterpreteren binnen de unieke taal van het steenbeeldhouwen.
Een van de meest directe lessen die een beeldhouwer kan trekken uit de schilderkunst is het meesterschap over compositie. Hoe een schilder elementen binnen het kader van het doek ordent – de balans tussen figuren en achtergrond, de leidende lijnen die het oog van de kijker sturen, de ritmische herhaling van vormen of kleuren, de creatie van een dynamisch of juist sereen brandpunt – dit alles is van onschatbare waarde. Een beeldhouwwerk bestaat weliswaar in een 360-graden ruimte, maar elke individuele aanblik, elk mogelijk standpunt van de beschouwer, vormt in feite een eigen compositie. Door te bestuderen hoe schilders als Vermeer een serene, uitgebalanceerde spanning creëren, of hoe een barok-meester als Rubens met wervelende diagonalen een gevoel van drama en beweging oproept, kan de beeldhouwer leren om zijn massa’s bewuster te verdelen, om de interactie tussen het beeld en de omringende ruimte (de negatieve ruimte, zo cruciaal in zowel 2D als 3D) te optimaliseren. De ‘regels’ van compositie – de gulden snede, de regel van derden – zijn even relevant voor een blok marmer als voor een linnen doek. Het bestuderen van hoe schilders deze principes toepassen, en soms moedwillig doorbreken, scherpt het oog van de beeldhouwer voor de ruimtelijke relaties binnen zijn eigen werk. Het helpt om een sculptuur te ontwerpen die vanuit elke hoek boeit, die een visueel pad biedt voor de kijker, en die een duidelijke artistieke intentie communiceert door de pure ordening van vormen.
​
Vervolgens is er het spel van licht en schaduw, misschien wel de meest directe brug tussen schilderkunst en beeldhouwen. Schilders, van de Renaissance tot heden, hebben licht gebruikt om vorm te suggereren, volume te creëren, textuur te accentueren en een specifieke sfeer of emotionele lading op te roepen. Denk aan het dramatische clair-obscur van Caravaggio of Rembrandt, waar figuren uit een diep duister oplichten, hun vormen gedefinieerd door sterke contrasten. Voor een beeldhouwer is licht niet een illusie die met verf wordt gecreëerd, maar een fysieke partner. De manier waarop het licht over de oppervlakken van de steen strijkt, hoe het in diepe inkepingen duikt en schaduwen werpt die de vorm versterken of juist mystificeren, is een essentieel onderdeel van het uiteindelijke kunstwerk. Door te kijken naar hoe schilders lichtval en schaduwpartijen gebruiken om bijvoorbeeld de ronding van een wang, de plooi van een gewaad of de spanning van een spier te suggereren, kan de beeldhouwer leren om zijn vlakken, curven en inkepingen zo te bewerken dat ze optimaal met het natuurlijke of kunstmatige licht interageren. Een gepolijst oppervlak reflecteert anders dan een ruw gehakt vlak; een scherpe rand vangt het licht anders dan een zachte overgang. De ‘kleur’ van de monochrome steen wordt dan de gradatie van licht naar donker, de subtiele nuances in de schaduwen, de heldere accenten op de hooglichten. De studie van licht in de schilderkunst kan de beeldhouwer inspireren tot moediger gebruik van diepte, tot het creëren van meer dynamische oppervlakken, en tot een beter begrip van hoe het uiteindelijke beeld zal ‘leven’ in zijn omgeving, veranderend met de lichtomstandigheden gedurende de dag.
Ook de lijn en contour bieden een vruchtbaar studiegebied. Schilders gebruiken lijnen niet alleen om de omtrekken van objecten te definiëren, maar ook om beweging, richting, en emotie over te brengen. De vloeiende, sensuele lijnen in een werk van Botticelli, de nerveuze, energieke lijnen van een Egon Schiele (was een Oostenrijks expressionistisch kunstschilder, of de strenge, geometrische lijnen van een Mondriaan – elk type lijn heeft een eigen expressieve kracht. In steen worden lijnen gecreëerd door de randen van vlakken, door de overgang van de ene vorm naar de andere, of door ingekerfde details. De beeldhouwer kan van schilders leren hoe een lijn spanning kan opbouwen, hoe een contour een gevoel van volume kan suggereren nog voordat de massa volledig is uitgewerkt, en hoe de ‘flow’ van lijnen door een compositie een gevoel van eenheid en harmonie kan creëren. Zelfs in sterk abstracte schilderkunst kan de interactie van lijnen en de energie die ze uitstralen een directe inspiratiebron zijn voor de beeldhouwer die op zoek is naar een krachtige, lineaire expressie in steen. Het vertalen van een geschilderde lijn naar een stenen rand vereist een diep begrip van hoe die rand het licht zal vangen en hoe het de algehele perceptie van de vorm zal beïnvloeden.
​

De illusie van diepte en perspectief op een plat vlak is een andere fascinerende uitdaging die schilders al eeuwenlang aangaan. Technieken zoals atmosferisch perspectief (waarbij objecten in de verte vager en blauwer worden), lineair perspectief (met vluchtpunten en verdwijn-lijnen) en het simpelweg overlappen van vormen, creëren een gevoel van ruimtelijkheid. Hoewel een beeldhouwer met werkelijke diepte werkt, kan de studie van deze 2D-technieken toch inspirerend zijn. Hoe kan men bijvoorbeeld in een reliëf, dat ergens het midden houdt tussen 2D en 3D, de suggestie van grote diepte wekken? Hoe kan men in een vrijstaand beeld de interactie tussen voor-, midden- en achterplan zo orkestreren dat er een boeiende ruimtelijke ervaring ontstaat, zelfs als de fysieke diepte beperkt is? Het kijken naar hoe schilders de kijker ‘in’ het schilderij trekken, kan de beeldhouwer helpen om zijn werk zo te componeren dat het uitnodigt tot verkenning vanuit verschillende hoeken, en dat het een dynamische relatie aangaat met de ruimte eromheen.
Misschien wel het meest ongrijpbare, maar tevens meest waardevolle element dat uit de schilderkunst kan worden overgenomen, is de emotionele inhoud en het narratief. Een schilderij kan een verhaal vertellen, een stemming oproepen, een filosofisch idee verkennen, of een diepe menselijke emotie uitdrukken, puur door de keuze van onderwerp, kleur, compositie en licht. Een steenbeeldhouwer, ontdaan van de directe verhalende mogelijkheden van figuratieve schilderkunst of de emotionele directheid van kleur, moet deze aspecten vertalen naar de taal van vorm, textuur en ruimtelijke aanwezigheid. De intense psychologische lading in een portret van Rembrandt, de serene spiritualiteit in een landschap van Caspar David Friedrich, of de rauwe energie in een abstract expressionistisch werk van Jackson Pollock – hoe kan dit vertaald worden naar steen? Dit is waar de alchemie van de artistieke vertaling werkelijk begint. Het gaat erom de essentie van die emotie of dat verhaal te vatten. Een gevoel van melancholie kan worden uitgedrukt in neerwaartse, zware vormen en een gesloten compositie. Vreugde kan zich manifesteren in opwaartse bewegingen, open vormen en een dynamisch spel van licht. De uitdaging is immens, maar de beloning – een beeld dat resoneert op een diep emotioneel niveau – is navenant.
​

En wat te denken van textuur? Schilders zijn meesters in het suggereren van textuur: de zachtheid van fluweel, de ruwheid van een bakstenen muur, de gladheid van huid. De beeldhouwer werkt met werkelijke textuur. De steen zelf heeft een inherente textuur, die kan variëren van de grove korrel van kalksteen tot de fijne, dichte structuur van marmer. Maar daarbovenop kan de beeldhouwer door middel van bewerkingstechnieken – polijsten, schuren, boucharderen, frijnen ( een vorm van handmatige sier bewerking van natuursteen, waarbij evenwijdige lijnen in het oppervlak geslagen worden),  hakken – een oneindige variëteit aan oppervlaktestructuren creëren. De suggestie van textuur in een schilderij kan de beeldhouwer inspireren om te experimenteren met de tactiele kwaliteiten van zijn werk. Een glad geschilderd oppervlak in een portret kan leiden tot een zorgvuldig gepolijste afwerking van een stenen gezicht, terwijl de impasto techniek van een Van Gogh, met zijn dikke verflagen, kan aanzetten tot een ruwere, expressievere behandeling van het steenoppervlak, waarbij de sporen van het gereedschap bijdragen aan de zeggingskracht.
De abstractie van vorm, een proces dat in de schilderkunst van de 20e eeuw een enorme vlucht nam, is eveneens zeer relevant. Schilders als Picasso, Kandinsky of Malevich reduceerden de zichtbare werkelijkheid tot geometrische basisvormen, kleurvlakken of pure lijnen, op zoek naar een diepere, universele waarheid of een directe emotionele expressie. Steen, met zijn massiviteit en de noodzaak tot vereenvoudiging (men kan niet elke minuscule detail uit een blok steen hakken), leent zich bij uitstek voor abstractie. Het bestuderen van hoe schilders vormen abstraheren, hoe ze de essentie van een object of een idee vangen in een vereenvoudigde, maar krachtige vorm, kan de steenbeeldhouwer helpen om los te komen van een louter mimetische weergave en te zoeken naar een meer symbolische of conceptuele uitdrukkingskracht. Het dwingt tot nadenken over welke details weggelaten kunnen worden en welke juist essentieel zijn om de beoogde boodschap over te brengen.
​

En laten we de negatieve ruimte niet vergeten. In de schilderkunst is de ruimte rondom en tussen de objecten net zo belangrijk als de objecten zelf. Het draagt bij aan de compositie, de balans en de algehele sfeer. Voor een beeldhouwer is negatieve ruimte de lucht die het beeld omringt, de openingen die erdoorheen gaan, de leegtes die evenveel ‘vorm’ en betekenis hebben als de massieve delen van de steen. Het bestuderen van hoe schilders negatieve ruimte gebruiken om hun positieve vormen te versterken, kan de beeldhouwer inspireren om moediger om te gaan met het weghalen van materiaal, om te spelen met doorkijkjes en om de interactie tussen het beeld en zijn omgeving te intensiveren.
Nu, hoe vindt deze vertaling van het tweedimensionale naar het driedimensionale, van de kleurrijke illusie naar de monochrome realiteit, concreet plaats? 

Dus, ga in de actiestand, pak je chaos schriftje:

Het begint, zoals gezegd, met intensief en analytisch kijken. Bezoek musea, bestudeer kunstboeken, niet passief, maar met een ‘sculpteurs-oog’. Deconstrueer een schilderij. Wat zijn de dominante lijnen? Waar valt het licht het sterkst? Welke vormen dragen de meeste emotionele lading? Maak schetsen, niet om het schilderij te kopiëren, maar om de elementen te isoleren die u aanspreken. Een snelle schets van alleen de licht-donker contrasten, of alleen de hoofdlijnen van de compositie, kan al enorm verhelderend zijn.
​

De grootste uitdaging is wellicht het gemis aan kleur. Hoe vertaal je de emotionele impact van een vurig rood, een diepblauw, of een zonnig geel naar de beperkte tonaliteit van steen? Hier komt een meer synesthetische benadering van pas. Kleur is niet alleen een visuele sensatie; het roept ook gevoelens, associaties, en zelfs fysieke sensaties op. Een helder, warm rood kan vertaald worden naar scherpe, dynamische, opwaartse vormen in steen, of naar een textuur die energie uitstraalt. Een koel, rustgevend blauw kan inspireren tot gladde, vloeiende, horizontale vormen, of tot een serene, gepolijste afwerking. De intensiteit van een kleur kan zich vertalen in de diepte van de inkepingen of de prominentie van een bepaald volume. Het is een subjectief proces, maar wel een dat getraind kan worden. Soms kan zelfs de keuze van de steensoort een rol spelen: het diepe, bijna zwarte van Belgisch hardsteen kan de dramatiek van een donker schilderij echoën, terwijl het zachte crème van een Franse kalksteen kan aansluiten bij een lichter, etherischer palet.
Vervolgens komt de stap van 2D-analyse naar 3D-creatie. Maak kleine maquettes in klei of was. Draai ze rond, bekijk ze van alle kanten. Hoe verhouden de vormen zich tot elkaar in de ruimte? Hoe verandert de schaduwwerking als de lichtbron beweegt? Dit is het moment om te experimenteren, om de vertaalslag te maken van de platte compositie naar een ruimtelijk object dat vanuit elke hoek moet overtuigen. De ‘achterkant’ van een schilderij bestaat niet, maar die van een sculptuur is even belangrijk als de voorkant. Dit vereist een constante mentale rotatie en een voorstellingsvermogen dat getraind wordt door te doen.
​

De vermeende beperkingen van steen kunnen hierbij juist als een kracht worden ingezet. De afwezigheid van kleur dwingt tot een uiterste concentratie op vorm, textuur en het spel van licht. De weerbarstigheid van het materiaal eist een weloverwogen aanpak, een dialoog met de steen, waarbij de beeldhouwer soms zijn oorspronkelijke plan moet bijstellen als de steen zijn eigen ‘wil’ toont door een onverwachte ader of breuklijn. Deze focus op de pure, tastbare kwaliteiten van het materiaal kan leiden tot werken met een grote directheid en authenticiteit. De permanentie van steen, in tegenstelling tot de relatieve kwetsbaarheid van een doek, geeft het werk een gewicht en een tijdloosheid die uniek is voor dit medium.
Stel je de dramatische lichtval in een schilderij van Caravaggio voor: de diepe schaduwen, de helder uitgelichte figuren. Een beeldhouwer kan dit vertalen door te werken met sterke contrasten in diepte, met diepe ondersnijdingen en scherp gedefinieerde vlakken die harde schaduwen werpen, waardoor een vergelijkbaar gevoel van drama en tastbaarheid ontstaat. Of neem de geometrische abstractie van Mondriaan: de heldere vlakverdeling, de strenge lijnen. Dit kan een beeldhouwer inspireren tot het creëren van abstracte, architectonische vormen in steen, waarbij de nadruk ligt op de pure relatie tussen volumes en de ritmiek van lijnen en vlakken. De emotionele turbulentie en de expressieve textuur in een werk van Van Gogh kunnen aanzetten tot een krachtige, bijna ‘impressionistische’ bewerking van het steenoppervlak, waarbij de sporen van de beitel zichtbaar blijven en bijdragen aan de emotionele zeggingskracht van het beeld. Zelfs de subtiele atmosferische effecten in een landschap van Turner, de suggestie van mist of zonlicht, kunnen, hoe abstract ook, een beeldhouwer prikkelen om na te denken over hoe de oppervlaktebehandeling van de steen – van fluweelzacht gepolijst tot korrelig en ruw – een bepaalde ‘atmosfeer’ kan oproepen.
​

Bij ons atelier in Leiden moedigen we onze cursisten en collega-kunstenaars, vaak aan om musea te bezoeken met precies deze ‘vertalende’ blik. Neem een schetsboek mee. Focus niet op het onderwerp, maar op de onderliggende structuur. Maak ‘licht-donker’ studies. Analyseer de compositie. Probeer de emotionele kern te vatten. Thuis kan je dan experimenteren: hoe zou die geschilderde curve aanvoelen als een stenen volume? Hoe zou die kleur vibratie zich uiten in textuur? Creëer een ‘moodboard’ waarop u reproducties van schilderijen combineert met foto’s van steensoorten, texturen, of zelfs abstracte schetsen van driedimensionale vormen.
Kortom, de wereld van de schilderkunst is geen verre, vreemde planeet voor de beeldhouwer. Het is een complementair universum, vol lessen, inspiratie en visuele strategieën die wachten om ontdekt en getransformeerd te worden. Door de ogenschijnlijke barrières van medium en dimensie te doorbreken, en door te leren kijken naar de fundamentele artistieke principes die alle grote kunst verbinden, kan de beeldhouwer in steen zijn eigen werk verrijken, zijn creatieve horizon verbreden en nieuwe diepten van expressie vinden in de tijdloze taal van de vorm. Het is een ontdekkingsreis die niet alleen leidt tot betere sculpturen, maar ook tot een dieper begrip van de kunst zelf, in al haar verschijningsvormen. En die reis, die stille dialoog tussen het platte vlak en de volle steen, is een van de meest lonende die een kunstenaar kan ondernemen. Wij, Alex en ik nodigen je uit om deze dialoog zelf aan te gaan, en wellicht ontdek je, net als wij, dat de inspiratie voor uw volgende beeld verborgen ligt in de penseelstreken van een oude of nieuwe meester.
​

Laat je weten wat je vond van dit blog? Ik hoor graag je hersenspinsels en je visie!
0 Opmerkingen



Laat een antwoord achter.

    Simone van Olst

    Beeldhouwer, begeleider kunstenaars, museum lover, organisator culturele projecten, kunstlezingen, schrijver.

    Archief

    Juni 2025
    Mei 2025
    April 2025
    Maart 2025
    Februari 2025
    Januari 2025
    December 2024
    November 2024
    September 2024
    Februari 2022
    Januari 2022
    December 2021
    November 2021
    Oktober 2021
    September 2021
    Juni 2021
    December 2020
    November 2020
    Oktober 2020
    September 2020
    Oktober 2019
    Juni 2019
    Oktober 2018
    September 2018
    Juni 2018
    Mei 2018
    December 2016
    November 2016
    Oktober 2016
    September 2016
    Augustus 2016
    Juli 2016
    Juni 2016
    Mei 2016
    April 2016
    Maart 2016
    Februari 2016
    Januari 2016
    December 2015
    November 2015
    Oktober 2015
    September 2015
    Augustus 2015
    April 2015
    Maart 2015
    Januari 2015
    December 2014
    November 2014
    September 2014

    Categorie

    Alles
    Abstractie
    Balans
    Beelden
    Beeldhouwen
    Compositie
    Creativiteit
    Diepte En Perspectief
    Doe Het Zelf
    Emotionele Inhoud
    Energie
    Exposities
    Genieten
    Hygge
    Inspiratie
    Kristal
    Kunstroute
    Lagom
    Narratief
    Negatieve Ruimte
    Productiviteit
    Rust
    SamStone
    Schilderkunst
    Sculptuur
    Slaap
    Slapen
    Speksteen
    Textuur
    Waxinelichtje
    Workshop
    Zelfliefde

    RSS-feed

Neem contact op of kom langs:


Foto

atelier

Kenauweg 17a
2331 BA Leiden
Openingstijden

Telefoon & WhatsApp

06-285 68 997

E-mail

[email protected]

KVK nummer: 57186820
Btw identificatienummer: NL001980586B04